Mjammie
Versgebakken appeltaart.
De zoete geur van appels en kaneel.
Loopt het water je al in de mond?
Zo’n taartje bakken is niet zo moeilijk.
Als je maar weet wat je doet:
- Appels in plaats van sinaasappels kopen
- Suiker door het beslag mengen en niet per ongeluk een schep zout
- Een hittebestendige bakvorm gebruiken in plaats van plastic
- De combi-oven op de juiste temperatuur instellen
- Geen standje magnetron gebruiken
Met het goede materiaal en de juiste instellingen krijg je het resultaat dat je verwacht.
Met het printen van labels is het net zo
Het helpt enorm als je begrijpt hoe je labelprinter werkt, voordat je aan de slag gaat. Zo voorkom je de meeste labelprinter storingen eenvoudig zelf.
TIP 1: Check de printerinstellingen
Dat klinkt té simpel, maar toch gaat het hier vaak al mis. Als je de printer niet vertelt welk formaat labels je wilt printen, welke printmethode je wilt gebruiken en hoe de labels op de rol zitten, dan kan er heel wat fout lopen. Check je instellingen, is dus misschien wel de belangrijkste tip.
> Instellen formaat (media size)
Elk etiket heeft een bepaald formaat. Een labelprinter kan niet zien hoe groot een etiket is, dus dit zul jij moeten invoeren bij de instellingen. Lengte x breedte en let daarbij ook op de maateenheid. Je zult de eerste niet zijn die een etiket van 20 mm per ongeluk invoert als 20 centimeter of inches. Maak je zo’n fout, dan raakt de printer in de war. Waarschijnlijk zal de machine wel gaan printen, maar als de lengte niet juist is ingesteld, loopt je print dwars door de labels heen.
> Instellen printmethode (media type)
Bij zwart-wit labelprinters kun je kiezen uit thermisch direct of thermisch transfer. Het verschil is dat er bij de thermisch direct-methode geen printlint nodig is. Bij thermisch transfer wel. Een printer die uitsluitend een van beide methodes toepast, weet natuurlijk wel of hij een printlint moet zoeken of niet. Maar er zijn ook omstelbare labelprinters, waarbij je elke keer zelf bepaalt welke printmethode je wilt toepassen. Als je de printer dan instelt op thermisch direct terwijl er wel een printlint aanwezig is, kan er een error ontstaan. Opletten dus.
Pas ook je materiaal aan op de printmethode
De keuze tussen thermisch direct en thermisch transfer is ook van invloed op het materiaal van de etiketten. Elk label is in principe geschikt voor thermisch transfer, maar voor thermisch direct heb je materiaal nodig dat door warmte van kleur verandert en dus ook zonder printlint printresultaat laat zien. Je ziet het verschil niet aan een onbedrukt etiket, maar een thermisch transfer-label zal blanco blijven als je de printer instelt op direct thermisch. Niet wat je wilt.
> Instellen type etiket (media tracking)
De laatste instelling die je zeker moet checken, is het type etiket. Als er ruimte tussen de etiketten op de rol zit (de zogenoemde gap), dan moeten de sensoren van de printer dat kunnen herkennen. Stel je de printer vervolgens in op continu, dan loopt de printer niet vast, maar wordt ook de ruimte tussen de etiketten bedrukt. Het resultaat is dat de bedrukking niet synchroon loopt met de etiketten.
Stop je daarentegen een rol van bijvoorbeeld 36 meter lengte in de printer, dan wil je juist dat er géén gap gedetecteerd wordt, zodat je het maximale uit de rol haalt. Als de printer dan is ingesteld op zoeken naar ruimte tussen de etiketten, zal er onnodig veel materiaal doorgevoerd worden voordat de printer in storing schiet. Dat kost je niet alleen veel frustratie, maar ook veel materiaal.
TIP 2: Gebruik speciale software
Waar doe je nu precies al die instellingen? Natuurlijk kan dat in de printer zelf. Als je een labelprinter alleen maar gebruikt voor het maken van standaard verzendetiketten en niks anders, dan is dat prima. Maar wissel je vaak tussen verschillende formaten of type etiketten? Dan is het handiger om speciale labelprinter software te gebruiken, zoals NiceLabel. Daarmee kun je op je computer sjablonen maken voor elk type etiket dat je regelmatig print. In zo’n sjabloon leg je alle instellingen vast, zoals het formaat, de printmethode, de labelprinter enzovoort. Je hoeft dan niet telkens de instellingen op de printer zelf aan te passen om toch altijd dezelfde resultaten te hebben. Superhandig!
TIP 3: Wees lief voor je printer
Herinner je je die appeltaart? Om lekker te blijven bakken, moet je je oven regelmatig schoonmaken. Dat geldt ook voor je labelprinter. Als de sensor in de printer bijvoorbeeld geblokkeerd wordt door viezigheid, kan hij de tussenruimte tussen de etiketten niet goed detecteren.
Maak je machine daarom regelmatig schoon. Daarvoor zijn speciale cleaning kits verkrijgbaar, met schoonmaakdoekjes, swabs, microvezeldoekjes en spuitbusjes met labelreiniger. Doe ook altijd een snelle visuele inspectie als je een rol vervangt. Zitten er geen plooien in het lint? Zijn er geen etiketten achtergebleven op de rubberen rolletjes? Ziet alles eruit zoals het hoort? Het zijn simpele dingen die je zelf kunt doen om printproblemen te voorkomen.
Labelprinter toch in storing?
Lukt het je ondanks al deze tips niet om een storing in je labelprinter op te lossen? Dan staat onze helpdesk natuurlijk voor je klaar. Collega Roland wordt regelmatig gebeld door mensen die hun labelprinter niet meer aan de praat krijgen:
“Door de juiste vragen te stellen, kan ik vaak wel ontdekken waar het misgaat."
Soms vraagt Roland dan om een foto van de printer te sturen, zodat hij kan zien wat het probleem is. Of we maken een online afspraak met Teamviewer, zodat hij ‘live’ mee kan kijken naar de instellingen. Vaak lukt het dan wel om het probleem op afstand op te lossen. En anders maken we een afspraak zodat hij bij je langs kan komen. We lossen het altijd voor je op.
